Betekenis van het woord sock in het Nederlands

Wat betekent sock in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

sock

US /sɑːk/
UK /sɑːk/
"sock" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

sok

a garment for the foot and lower part of the leg, typically knitted from wool, cotton, or nylon.

Voorbeeld:
He pulled on a pair of warm wool socks.
Hij trok een paar warme wollen sokken aan.
She lost one of her favorite striped socks in the laundry.
Ze verloor een van haar favoriete gestreepte sokken in de was.

Werkwoord

1.

slaan, stompen

to hit someone or something hard, especially with the fist.

Voorbeeld:
He decided to sock the bully right in the nose.
Hij besloot de pestkop recht op de neus te slaan.
The boxer delivered a powerful sock to his opponent's jaw.
De bokser gaf een krachtige klap op de kaak van zijn tegenstander.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: