Betekenis van het woord punch in het Nederlands

Wat betekent punch in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

punch

US /pʌntʃ/
UK /pʌntʃ/
"punch" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

stoot, klap

a blow with the fist

Voorbeeld:
He delivered a powerful punch to his opponent's jaw.
Hij gaf een krachtige stoot op de kaak van zijn tegenstander.
The boxer's quick punch knocked his opponent down.
De snelle stoot van de bokser sloeg zijn tegenstander neer.
2.

perforator, pons

a tool or machine for making holes in material

Voorbeeld:
She used a paper punch to create holes for binding.
Ze gebruikte een papierperforator om gaten te maken voor het inbinden.
The leatherworker used a specialized punch to create decorative patterns.
De leerbewerker gebruikte een gespecialiseerde pons om decoratieve patronen te maken.
3.

punch, bowle

a drink made from a mixture of fruit juices, spirits, and spices, often served in a large bowl

Voorbeeld:
They served a delicious fruit punch at the party.
Ze serveerden een heerlijke fruitpunch op het feest.
The non-alcoholic punch was a hit with the kids.
De alcoholvrije punch was een hit bij de kinderen.

Werkwoord

1.

slaan, stompen

strike with the fist

Voorbeeld:
He threatened to punch him if he didn't leave.
Hij dreigde hem te slaan als hij niet wegging.
The boxer aimed to punch his opponent in the face.
De bokser probeerde zijn tegenstander in het gezicht te slaan.
2.

ponsen, doorboren

make a hole in (something) with a punch or similar tool

Voorbeeld:
The machine can punch holes through thick metal sheets.
De machine kan gaten ponsen door dikke metalen platen.
He used a special tool to punch out the old rivets.
Hij gebruikte een speciaal gereedschap om de oude klinknagels eruit te slaan.
Leer dit woord op Lingoland