Engels-Nederlands Woordenboek

Betekenis van het woord scores in het Nederlands

Wat betekent scores in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

scores

Zelfstandig Naamwoord

1.

scores

the number of points, goals, runs, etc. achieved in a game or by a team or an individual.

Voorbeeld:
•
the final score was 4–3 to Royston
Synoniem:
resultoutcometotalsum totaltallycount
2.

scores

a group or set of twenty or about twenty.

Voorbeeld:
•
a score of men lost their lives in the battle

Werkwoord

1.

scores

gain (a point, goal, run, etc.) in a competitive game.

Voorbeeld:
•
McCartney scored a fine goal
Synoniem:
getgainchalk upwinachieveattainmakerecordbagknock uprack up
2.

scores

orchestrate or arrange (a piece of music), typically for a specified instrument or instruments.

Voorbeeld:
•
the Quartet Suite was scored for flute, violin, viola da gamba, and continuo
Synoniem:
orchestratearrangesetadaptwritecomposeinstrument
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord:
scorescore points