Betekenis van het woord ownership in het Nederlands
Wat betekent ownership in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
ownership
US /ˈoʊ.nɚ.ʃɪp/
UK /ˈoʊ.nɚ.ʃɪp/

Zelfstandig Naamwoord
1.
eigendom, bezit
the act, state, or right of possessing something
Voorbeeld:
•
The ownership of the car was transferred to the new buyer.
Het eigendom van de auto werd overgedragen aan de nieuwe koper.
•
She took full ownership of the project.
Ze nam de volledige verantwoordelijkheid voor het project.
Leer dit woord op Lingoland