Betekenis van het woord output in het Nederlands

Wat betekent output in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

output

US /ˈaʊt.pʊt/
UK /ˈaʊt.pʊt/
"output" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

output, productie

the amount of something produced by a person, machine, or industry

Voorbeeld:
The factory's daily output has increased significantly.
De dagelijkse output van de fabriek is aanzienlijk toegenomen.
We need to improve the quality of our output.
We moeten de kwaliteit van onze output verbeteren.
2.

output, uitvoer

information produced by a computer

Voorbeeld:
The program's output was a list of names.
De output van het programma was een lijst met namen.
Check the output file for errors.
Controleer het uitvoerbestand op fouten.

Werkwoord

1.

uitvoeren, produceren

to produce, deliver, or supply (data, a product, or a service)

Voorbeeld:
The printer will output the document in a few minutes.
De printer zal het document binnen enkele minuten uitvoeren.
The system is designed to output real-time data.
Het systeem is ontworpen om real-time gegevens te leveren.
Leer dit woord op Lingoland