Betekenis van het woord omnibus in het Nederlands
Wat betekent omnibus in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
omnibus
US /ˈɑːm.nə.bəs/
UK /ˈɑːm.nə.bəs/

Zelfstandig Naamwoord
1.
omnibus, verzameld werk
a volume containing several novels or other items previously published separately
Voorbeeld:
•
I bought an omnibus of classic detective stories.
Ik kocht een omnibus van klassieke detectiveverhalen.
•
The author released an omnibus edition of her first three novels.
De auteur bracht een omnibus-editie van haar eerste drie romans uit.
Synoniem:
2.
omnibus, bus
a bus
Voorbeeld:
•
The old omnibus slowly made its way through the cobbled streets.
De oude omnibus baande zich langzaam een weg door de geplaveide straten.
•
In the 19th century, the omnibus was a common form of public transport.
In de 19e eeuw was de omnibus een veelvoorkomend openbaar vervoermiddel.
Bijvoeglijk Naamwoord
1.
omnibus, uitgebreid
comprising several items
Voorbeeld:
•
The new bill is an omnibus package covering various reforms.
Het nieuwe wetsvoorstel is een omnibus-pakket dat verschillende hervormingen omvat.
•
They passed an omnibus spending bill.
Ze keurden een omnibus-uitgavenwet goed.
Leer dit woord op Lingoland