objection
US /əbˈdʒek.ʃən/
UK /əbˈdʒek.ʃən/

1.
bezwaar, tegenwerping
an expression or feeling of disapproval or opposition; a reason for disagreeing.
:
•
My main objection is the cost.
Mijn voornaamste bezwaar is de kosten.
•
She raised no objection to the proposal.
Ze maakte geen bezwaar tegen het voorstel.