Betekenis van het woord jaw in het Nederlands

Wat betekent jaw in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

jaw

US /dʒɑː/
UK /dʒɑː/
"jaw" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

kaak

either of the two bones that form the framework of the mouth and that hold the teeth

Voorbeeld:
He clenched his jaw in anger.
Hij klemde zijn kaak samen van woede.
The boxer took a punch to the jaw.
De bokser kreeg een stoot op zijn kaak.
2.

ingang, opening

the narrow opening of a gorge or valley

Voorbeeld:
The river flowed through the narrow jaw of the canyon.
De rivier stroomde door de smalle ingang van de kloof.
They entered the cave through its rocky jaw.
Ze betraden de grot via de rotsachtige ingang.

Werkwoord

1.

klagen, praten

talk at length, especially in a tedious or complaining way

Voorbeeld:
She started to jaw about her problems again.
Ze begon weer te klagen over haar problemen.
He spent the whole evening jawing about politics.
Hij bracht de hele avond pratend over politiek door.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: