impairment
US /ɪmˈper.mənt/
UK /ɪmˈper.mənt/

1.
beperking, stoornis, aantasting
the state of being diminished, damaged, or weakened, especially a bodily or mental function
:
•
The accident resulted in a permanent visual impairment.
Het ongeluk resulteerde in een permanente visuele beperking.
•
Early detection can help manage cognitive impairment.
Vroege opsporing kan helpen bij het beheersen van cognitieve stoornissen.