handout
US /ˈhænd.aʊt/
UK /ˈhænd.aʊt/
1.
hand-out, lesmateriaal
a document given to students or trainees with information about a particular subject
:
•
The professor distributed handouts before the lecture.
De professor deelde hand-outs uit voor de lezing.
•
Please refer to the handout for more details.
Raadpleeg de hand-out voor meer details.
2.
uitkering, subsidie
a gift of money or other aid given to a person or organization, especially by a government
:
•
The government provided a handout to families affected by the disaster.
De overheid verstrekte een uitkering aan gezinnen die door de ramp waren getroffen.
•
Some argue that welfare programs are just a form of handout.
Sommigen beweren dat welzijnsprogramma's slechts een vorm van uitkering zijn.