figure of speech
US /ˌfɪɡjər əv ˈspiːtʃ/
UK /ˌfɪɡjər əv ˈspiːtʃ/

1.
beeldspraak, stijlfiguur
a word or phrase used in a non-literal sense for rhetorical or vivid effect
:
•
When she said her heart was broken, she was using a figure of speech.
Toen ze zei dat haar hart gebroken was, gebruikte ze een beeldspraak.
•
The phrase 'raining cats and dogs' is a common figure of speech for heavy rain.
De uitdrukking 'het regent pijpenstelen' is een veelvoorkomende beeldspraak voor zware regen.