detain

US /dɪˈteɪn/
UK /dɪˈteɪn/
"detain" picture
1.

arresteren, vasthouden

keep (someone) in official custody, typically for questioning about a crime or in a political context

:
•
Police have the right to detain suspects for a limited period.
De politie heeft het recht om verdachten voor een beperkte periode te arresteren.
•
Immigration officers can detain individuals who enter the country illegally.
Immigratieambtenaren kunnen personen die illegaal het land binnenkomen vasthouden.
:
holdconfineimprisonarrestcustody
2.

ophouden, vertragen

delay someone or prevent them from leaving

:
•
I was detained by a long phone call.
Ik werd opgehouden door een lang telefoongesprek.
•
Please don't detain me, I'm in a hurry.
Houd me alsjeblieft niet op, ik heb haast.
:
delayhold uphinderimpedeobstruct