day-to-day
US /ˌdeɪ.təˈdeɪ/
UK /ˌdeɪ.təˈdeɪ/

1.
dagelijks, alledaags
happening regularly every day as a normal part of life
:
•
Her day-to-day tasks include answering emails and scheduling meetings.
Haar dagelijkse taken omvatten het beantwoorden van e-mails en het plannen van vergaderingen.
•
We need to focus on the day-to-day operations of the business.
We moeten ons richten op de dagelijkse bedrijfsvoering.