cite

US /saɪt/
UK /saɪt/
"cite" picture
1.

citeren, aanhalen

quote (a passage, book, or author) as evidence for or justification of an argument or statement, especially in a scholarly work

:
He cited several sources in his research paper.
Hij citeerde verschillende bronnen in zijn onderzoekspaper.
The lawyer cited a previous case to support his argument.
De advocaat citeerde een eerdere zaak om zijn argument te ondersteunen.
2.

noemen, vermelden

mention (something) as an example or in support of an argument

:
She cited his lack of experience as a reason for not hiring him.
Ze noemde zijn gebrek aan ervaring als reden om hem niet aan te nemen.
The report cited several instances of misconduct.
Het rapport noemde verschillende gevallen van wangedrag.
3.

dagvaarden, bekeuren

(of a court of law) order (a person) to appear in court

:
He was cited for contempt of court.
Hij werd gedagvaard wegens minachting van het hof.
The driver was cited for speeding.
De bestuurder werd bekeerd voor te hard rijden.