bulldozer
US /ˈbʊlˌdoʊ.zɚ/
UK /ˈbʊlˌdoʊ.zɚ/
1.
bulldozer
a powerful tractor with a broad, curved steel blade at the front for pushing earth and debris
:
•
The construction crew used a bulldozer to clear the site.
De bouwploeg gebruikte een bulldozer om de locatie vrij te maken.
•
A large bulldozer was brought in to demolish the old building.
Een grote bulldozer werd ingezet om het oude gebouw te slopen.
1.
bulldozeren, slopen met een bulldozer
to clear or move with a bulldozer
:
•
They plan to bulldozer the old factory to make way for new apartments.
Ze zijn van plan de oude fabriek te slopen met een bulldozer om plaats te maken voor nieuwe appartementen.
•
The company decided to bulldozer the entire forest for development.
Het bedrijf besloot het hele bos te bulldozeren voor ontwikkeling.