Betekenis van het woord "big time" in het Nederlands
Wat betekent "big time" in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
big time
US /ˈbɪɡ ˌtaɪm/
UK /ˈbɪɡ ˌtaɪm/
Zelfstandig Naamwoord
1.
de top, grote succes
a very important or successful level in a career or activity
Voorbeeld:
•
She finally made it to the big time in Hollywood.
Ze heeft het eindelijk tot de top in Hollywood geschopt.
•
He's hoping to hit the big time with his new invention.
Hij hoopt de top te bereiken met zijn nieuwe uitvinding.
Bijwoord
1.
enorm, flink
to a great extent; very much
Voorbeeld:
•
Thanks big time for your help!
Heel erg bedankt voor je hulp!
•
He messed up big time on that project.
Hij heeft het flink verknald met dat project.
Leer dit woord op Lingoland