beat off
US /biːt ɔːf/
UK /biːt ɔːf/
1.
aftrekken, masturberen
to masturbate (vulgar slang)
:
•
He was caught beating off in the bathroom.
Hij werd betrapt terwijl hij zich aftrok in de badkamer.
•
Some people use pornography to beat off.
Sommige mensen gebruiken pornografie om zich af te trekken.
2.
afweren, afslagen
to repel an attack or an attacker
:
•
The defenders managed to beat off the enemy assault.
De verdedigers slaagden erin de vijandelijke aanval af te slaan.
•
She used a stick to beat off the aggressive dog.
Ze gebruikte een stok om de agressieve hond af te slaan.