balmy

US /ˈbɑː.mi/
UK /ˈbɑː.mi/
"balmy" picture
1.

zacht, mild, aangenaam

of the weather) pleasantly warm

:
The balmy air made our evening stroll delightful.
De zachte lucht maakte onze avondwandeling heerlijk.
We enjoyed a balmy summer evening by the lake.
We genoten van een zwoele zomeravond aan het meer.
2.

gek, maf, excentriek

(of a person or their behavior) foolish or eccentric

:
He's a bit balmy if you ask me, always talking to himself.
Hij is een beetje gek als je het mij vraagt, altijd tegen zichzelf pratend.
Her ideas are a bit balmy, but sometimes they work.
Haar ideeën zijn een beetje gek, maar soms werken ze wel.