Betekenis van het woord acquit in het Nederlands
Wat betekent acquit in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
acquit
US /əˈkwɪt/
UK /əˈkwɪt/

Werkwoord
1.
vrijspreken, kwijtschelden
free (someone) from a criminal charge by a verdict of not guilty
Voorbeeld:
•
The jury decided to acquit the defendant due to lack of evidence.
De jury besloot de beklaagde te vrijspreken wegens gebrek aan bewijs.
•
The court will acquit him if there is no solid evidence against him.
De rechtbank zal hem vrijspreken als er geen solide bewijs tegen hem is.
2.
zich kwijten van, zich gedragen
conduct oneself or perform in a specified way
Voorbeeld:
•
He acquitted himself well in the debate.
Hij kwijtte zich goed van zijn taak in het debat.
•
The team acquitted themselves admirably in the face of defeat.
Het team kwijtte zich bewonderenswaardig van zijn taak ondanks de nederlaag.
Leer dit woord op Lingoland