a ripe old age

US /ə raɪp oʊld eɪdʒ/
UK /ə raɪp oʊld eɪdʒ/
"a ripe old age" picture
1.

een hoge leeftijd, een gezegende leeftijd

a very old age

:
My grandmother lived to a ripe old age of 95.
Mijn grootmoeder leefde tot een hoge leeftijd van 95 jaar.
We hope to see him live to a ripe old age.
We hopen dat hij een hoge leeftijd zal bereiken.