trimming

US /ˈtrɪm.ɪŋ/
UK /ˈtrɪm.ɪŋ/
"trimming" picture
1.

versiering, garnering, afwerking

material used for decorating or finishing something

:
The dress had a beautiful lace trimming.
De jurk had een prachtige kanten versiering.
Christmas trimmings include tinsel and ornaments.
Kerstversieringen omvatten slingers en ornamenten.
2.

restjes, afval

small pieces of something cut off in the process of trimming

:
Sweep up the hair trimmings from the floor.
Veeg de haarrestjes van de vloer.
We used the vegetable trimmings to make a stock.
We gebruikten de groenterestjes om bouillon te maken.