third class
US /ˌθɜːrd ˈklæs/
UK /ˌθɜːrd ˈklæs/

1.
derde klas
the lowest or least expensive class of accommodation on a ship, train, or airplane
:
•
They traveled third class on the ocean liner.
Ze reisden derde klas op de oceaanstomer.
•
The train had separate carriages for third class passengers.
De trein had aparte rijtuigen voor derde klas passagiers.
2.
derdeklas, van lage kwaliteit
of the lowest quality or standard
:
•
The hotel provided only third-class service.
Het hotel bood alleen derdeklas service.
•
His work was considered third class by the critics.
Zijn werk werd door de critici als derdeklas beschouwd.
1.
derdeklas
of the lowest or least expensive class of accommodation on a ship, train, or airplane
:
•
They booked a third-class ticket for the journey.
Ze boekten een derdeklas ticket voor de reis.
•
The ship offered third-class cabins at a lower price.
Het schip bood derdeklas hutten aan tegen een lagere prijs.
2.
derdeklas, van lage kwaliteit
of the lowest quality or standard
:
•
He received a third-class degree from the university.
Hij behaalde een derdeklas diploma aan de universiteit.
•
The restaurant served only third-class food.
Het restaurant serveerde alleen derdeklas eten.