Betekenis van het woord tailor in het Nederlands

Wat betekent tailor in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

tailor

US /ˈteɪ.lɚ/
UK /ˈteɪ.lɚ/
"tailor" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

kleermaker

a person whose job is to make, alter, or repair clothes, especially suits, coats, and other outer garments.

Voorbeeld:
I need to take my suit to the tailor for alterations.
Ik moet mijn pak naar de kleermaker brengen voor aanpassingen.
The tailor measured him for a new jacket.
De kleermaker mat hem op voor een nieuw jasje.

Werkwoord

1.

aanpassen, op maat maken

make or adapt for a particular purpose or person.

Voorbeeld:
We can tailor the program to your specific needs.
We kunnen het programma aanpassen aan uw specifieke behoeften.
The training course was tailored for beginners.
De trainingscursus was op maat gemaakt voor beginners.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: