Betekenis van het woord neighborhood in het Nederlands
Wat betekent neighborhood in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
neighborhood
US /ˈneɪ.bɚ.hʊd/
UK /ˈneɪ.bɚ.hʊd/
Zelfstandig Naamwoord
1.
buurt, wijk
a district or area within a town or city, typically a residential one
Voorbeeld:
•
She grew up in a quiet neighborhood.
Ze groeide op in een rustige buurt.
•
Our neighborhood has a strong sense of community.
Onze buurt heeft een sterk gemeenschapsgevoel.
2.
omgeving, nabijheid
the area surrounding a particular place or object
Voorbeeld:
•
There are no shops in the immediate neighborhood of the hotel.
Er zijn geen winkels in de directe omgeving van het hotel.
•
The temperature was in the neighborhood of 70 degrees Fahrenheit.
De temperatuur lag in de buurt van 70 graden Fahrenheit.
Leer dit woord op Lingoland