merge
US /mɝːdʒ/
UK /mɝːdʒ/

1.
fuseren, samenvoegen, verenigen
combine or cause to combine to form a single entity
:
•
The two companies decided to merge.
De twee bedrijven besloten te fuseren.
•
The small streams merge into a larger river.
De kleine beekjes vloeien samen tot een grotere rivier.