maverick
US /ˈmæv.ɚ.ɪk/
UK /ˈmæv.ɚ.ɪk/

1.
individualist, non-conformist, dwarsligger
an unorthodox or independent-minded person
:
•
He's always been a maverick, never afraid to challenge the status quo.
Hij is altijd een individualist geweest, nooit bang om de status quo uit te dagen.
•
The politician was known as a maverick for his unconventional views.
De politicus stond bekend als een maverick vanwege zijn onconventionele opvattingen.
1.
onconventioneel, eigenzinnig, afwijkend
showing independence of thought or action
:
•
Her maverick approach to business led to unexpected success.
Haar maverick benadering van zaken leidde tot onverwacht succes.
•
He has a maverick style of playing chess.
Hij heeft een maverick speelstijl in schaken.