liner

US /ˈlaɪ.nɚ/
UK /ˈlaɪ.nɚ/
"liner" picture
1.

liner, passagiersschip, lijnvliegtuig

a large passenger ship or airliner, especially one that travels on a regular route

:
•
The luxury liner sailed across the Atlantic.
De luxe liner zeilde over de Atlantische Oceaan.
•
She booked a ticket on a cruise liner for her vacation.
Ze boekte een ticket op een cruise liner voor haar vakantie.
:
shipvesselocean linercruise shipairliner
2.

voering, inzetstuk

a removable cover or insert for the inside of something

:
•
She put a fresh liner in the trash can.
Ze deed een nieuwe zak in de prullenbak.
•
The swimming pool needs a new vinyl liner.
Het zwembad heeft een nieuwe vinyl liner nodig.
:
lininginsertcoversheath
3.

liner, eyeliner, lipliner

a cosmetic applied to outline or emphasize the eyes or lips

:
•
She applied a thin line of liquid liner to her upper eyelid.
Ze bracht een dunne lijn vloeibare eyeliner aan op haar bovenste ooglid.
•
Lip liner helps to define the shape of the lips.
Lip liner helpt de vorm van de lippen te definiëren.
:
eyelinerlip linerpencil
:
lip linerpanty linerone-linerliner note