intervention
US /ˌɪn.t̬ɚˈven.ʃən/
UK /ˌɪn.t̬ɚˈven.ʃən/
1.
interventie, ingrijpen
the action or process of intervening
:
•
Early intervention is crucial for children with developmental delays.
Vroege interventie is cruciaal voor kinderen met ontwikkelingsachterstanden.
•
The government's intervention helped stabilize the economy.
De interventie van de overheid hielp de economie te stabiliseren.
2.
interventie, hulpactie
an occasion when someone tries to help a person with a problem, especially a problem with drugs or alcohol
:
•
The family staged an intervention to help their son with his addiction.
De familie organiseerde een interventie om hun zoon te helpen met zijn verslaving.
•
He refused to attend the intervention organized by his friends.
Hij weigerde de interventie bij te wonen die door zijn vrienden was georganiseerd.