image

US /ˈɪm.ɪdʒ/
UK /ˈɪm.ɪdʒ/
"image" picture
1.

afbeelding, beeld

a representation of the external form of a person or thing in art

:
The artist captured her likeness in a beautiful image.
De kunstenaar legde haar gelijkenis vast in een prachtige afbeelding.
The book contains many historical images.
Het boek bevat veel historische afbeeldingen.
2.

imago, beeld

the general impression that a person, organization, or product presents to the public

:
The company is trying to improve its public image.
Het bedrijf probeert zijn publieke imago te verbeteren.
He has a clean-cut image.
Hij heeft een keurig imago.
1.

voorstellen, verbeelden

form a mental representation of; imagine

:
Try to image a world without war.
Probeer je een wereld zonder oorlog voor te stellen.
I can't image him doing something like that.
Ik kan me niet voorstellen dat hij zoiets zou doen.