get your shit together
US /ɡɛt jʊər ʃɪt təˈɡɛðər/
UK /ɡɛt jʊər ʃɪt təˈɡɛðər/

1.
je zaken op orde krijgen, je leven op orde krijgen
to organize oneself, one's affairs, or one's emotions; to become more competent or effective
:
•
You need to get your shit together if you want to pass this exam.
Je moet je zaken op orde krijgen als je dit examen wilt halen.
•
After the breakup, it took him a while to get his shit together.
Na de breuk duurde het even voordat hij zijn zaken op orde had.