Betekenis van het woord "get on" in het Nederlands
Wat betekent "get on" in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
get on
US /ɡet ɑːn/
UK /ɡet ɑːn/

Frasaal Werkwoord
1.
instappen, opstappen
to board a bus, train, or other form of public transport
Voorbeeld:
•
We need to get on the bus quickly before it leaves.
We moeten snel op de bus stappen voordat hij vertrekt.
•
She waited for the train to stop before she could get on.
Ze wachtte tot de trein stopte voordat ze kon instappen.
Synoniem:
2.
opschieten, goed overweg kunnen
to have a good relationship with someone
Voorbeeld:
•
Do you get on with your new colleagues?
Kun je goed opschieten met je nieuwe collega's?
•
Despite their differences, they get on very well.
Ondanks hun verschillen, kunnen ze het heel goed met elkaar vinden.
Synoniem:
Leer dit woord op Lingoland