fury
US /ˈfjʊr.i/
UK /ˈfjʊr.i/
1.
woede, razernij
wild or violent anger
:
•
He exploded in a fit of fury.
Hij explodeerde in een vlaag van woede.
•
The storm raged with incredible fury.
De storm raasde met ongelooflijke woede.
woede, razernij
wild or violent anger