Betekenis van het woord domesticity in het Nederlands
Wat betekent domesticity in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
domesticity
US /ˌdoʊ.mesˈtɪs.ə.t̬i/
UK /ˌdoʊ.mesˈtɪs.ə.t̬i/

Zelfstandig Naamwoord
1.
huiselijkheid, gezinsleven
home life or devotion to home life and household affairs
Voorbeeld:
•
She found comfort in the quiet domesticity of her new home.
Ze vond troost in de rustige huiselijkheid van haar nieuwe huis.
•
His paintings often depicted scenes of rural domesticity.
Zijn schilderijen beeldden vaak scènes van landelijke huiselijkheid uit.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: