community service
US /kəˈmjuː.nə.ti ˌsɜːr.vɪs/
UK /kəˈmjuː.nə.ti ˌsɜːr.vɪs/

1.
gemeenschapsdienst, vrijwilligerswerk
voluntary work intended to help people in a particular area
:
•
She dedicates her weekends to community service at the local shelter.
Ze wijdt haar weekenden aan gemeenschapsdienst in de plaatselijke opvang.
•
Many students participate in community service projects.
Veel studenten nemen deel aan gemeenschapsdienstprojecten.
2.
gemeenschapsdienst, taakstraf
unpaid work that an offender does in the community as a punishment instead of going to prison
:
•
The judge sentenced him to 200 hours of community service.
De rechter veroordeelde hem tot 200 uur gemeenschapsdienst.
•
Instead of jail time, he received a sentence of community service.
In plaats van gevangenisstraf kreeg hij een straf van gemeenschapsdienst.