cadence
US /ˈkeɪ.dəns/
UK /ˈkeɪ.dəns/
1.
cadans, intonatie
a modulation or inflection of the voice
:
•
The speaker's voice had a soothing cadence.
De stem van de spreker had een rustgevende cadans.
•
He spoke with a slow, deliberate cadence.
Hij sprak met een langzame, weloverwogen cadans.
2.
cadens, slotakkoord
a sequence of notes or chords comprising the close of a musical phrase
:
•
The piece ended with a perfect authentic cadence.
Het stuk eindigde met een perfect authentieke cadens.
•
Composers often use different types of cadences to create tension and release.
Componisten gebruiken vaak verschillende soorten cadensen om spanning en ontspanning te creëren.
3.
cadans, ritme
a rhythmic flow of a sequence of sounds or words
:
•
The poem had a beautiful cadence that made it pleasant to read.
Het gedicht had een prachtige cadans die het prettig maakte om te lezen.
•
The rhythmic cadence of the waves lulled him to sleep.
De ritmische cadans van de golven wiegde hem in slaap.