atlas
US /ˈæt.ləs/
UK /ˈæt.ləs/
1.
atlas, kaartenboek
a book of maps or charts
:
•
We consulted the atlas to find the shortest route.
We raadpleegden de atlas om de kortste route te vinden.
•
The new edition of the world atlas includes updated political boundaries.
De nieuwe editie van de wereldatlas bevat bijgewerkte politieke grenzen.
2.
atlas, verzameling illustraties
a collection of illustrations or plates, especially of medical or anatomical subjects, often with explanatory captions
:
•
The medical student studied the human anatomy atlas.
De geneeskundestudent bestudeerde de menselijke anatomie atlas.
•
This botanical atlas details various plant species.
Deze botanische atlas beschrijft verschillende plantensoorten.
3.
atlas, eerste halswervel
the first cervical vertebra of the neck, supporting the skull
:
•
The atlas bone allows for the nodding motion of the head.
Het atlasbot maakt de knikkende beweging van het hoofd mogelijk.
•
Injury to the atlas can be very serious.
Letsel aan de atlas kan zeer ernstig zijn.