allotment
US /əˈlɑːt.mənt/
UK /əˈlɑːt.mənt/
1.
toewijzing, verdeling
the action of allotting something
:
•
The allotment of tasks was done fairly among the team members.
De toewijzing van taken gebeurde eerlijk onder de teamleden.
•
The allotment of funds for the project was approved.
De toewijzing van fondsen voor het project werd goedgekeurd.
2.
volkstuin, moestuin
a plot of land rented by an individual for growing vegetables or flowers
:
•
She spends her weekends tending to her vegetable allotment.
Ze brengt haar weekenden door met het verzorgen van haar groentetuin.
•
Many city dwellers enjoy having an allotment to grow their own food.
Veel stadsbewoners genieten van een volkstuin om hun eigen voedsel te verbouwen.