acceptance

US /əkˈsep.təns/
UK /əkˈsep.təns/
"acceptance" picture
1.

aanvaarding, acceptatie

the action of consenting to receive or undertake something offered

:
Her acceptance of the job offer made her very happy.
Haar aanvaarding van het jobaanbod maakte haar erg blij.
The committee announced the acceptance of new members.
De commissie kondigde de aanvaarding van nieuwe leden aan.
2.

acceptatie, erkenning

the fact of being accepted or acceptable

:
He longed for his father's acceptance.
Hij verlangde naar de acceptatie van zijn vader.
The new policy gained wide acceptance among the public.
Het nieuwe beleid kreeg brede acceptatie onder het publiek.