Betekenis van het woord woof in het Nederlands

Wat betekent woof in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

woof

US /wʊf/
UK /wʊf/
"woof" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

woef

the sound a dog makes

Voorbeeld:
The dog let out a loud woof as the mailman approached.
De hond liet een luide woef horen toen de postbode naderde.
I heard a faint woof from inside the kennel.
Ik hoorde een zwakke woef van binnenuit het hok.
Synoniem:

Werkwoord

1.

woeffen

to make the sound of a dog barking

Voorbeeld:
The dog started to woof excitedly when he saw his owner.
De hond begon opgewonden te woeffen toen hij zijn baasje zag.
He heard a dog woof in the distance.
Hij hoorde een hond in de verte woeffen.
Synoniem:

Uitroep

1.

woef

an exclamation used to imitate the sound of a dog barking

Voorbeeld:
The child pointed at the dog and said, "Woof!"
Het kind wees naar de hond en zei: "Woef!"
He greeted the puppy with a playful "Woof!"
Hij begroette de puppy met een speelse "Woef!"
Synoniem:
Leer dit woord op Lingoland