sterilize
US /ˈster.ə.laɪz/
UK /ˈster.ə.laɪz/
1.
steriliseren, ontsmetten
make (something) free from bacteria or other living microorganisms.
:
•
Nurses must sterilize their instruments before surgery.
Verpleegkundigen moeten hun instrumenten steriliseren voor de operatie.
•
Boiling water can help to sterilize baby bottles.
Kokend water kan helpen om babyflesjes te steriliseren.
2.
steriliseren, onvruchtbaar maken
make (a person or animal) unable to produce offspring.
:
•
The veterinarian recommended that they sterilize their cat.
De dierenarts raadde aan om hun kat te steriliseren.
•
Some people choose to sterilize themselves for birth control.
Sommige mensen kiezen ervoor om zichzelf te steriliseren voor anticonceptie.