shrug off
US /ʃrʌɡ ɑːf/
UK /ʃrʌɡ ɑːf/

1.
afschudden, negeren
to treat something as unimportant and not worry about it
:
•
He tried to shrug off the criticism, but it clearly bothered him.
Hij probeerde de kritiek van zich af te schudden, maar het stoorde hem duidelijk.
•
She just shrugged off the pain and kept running.
Ze schudde de pijn gewoon van zich af en bleef rennen.