redress
US /rɪˈdres/
UK /rɪˈdres/
1.
herstel, compensatie, schadeloosstelling
remedy or compensation for a wrong or grievance
:
•
The company offered financial redress to the victims.
Het bedrijf bood financiële compensatie aan de slachtoffers.
•
They sought redress for the injustice they suffered.
Ze zochten herstel voor het onrecht dat ze hadden geleden.
1.
herstellen, vergoeden, rechtzetten
to set right a wrong or grievance
:
•
The government promised to redress the injustices of the past.
De regering beloofde de onrechtvaardigheden uit het verleden te herstellen.
•
He sought to redress the balance after the argument.
Hij probeerde de balans te herstellen na de ruzie.