nine times out of ten
US /naɪn taɪmz aʊt əv tɛn/
UK /naɪn taɪmz aʊt əv tɛn/

1.
negen van de tien keer, bijna altijd
almost always; in most cases
:
•
Nine times out of ten, he's late for meetings.
Negen van de tien keer is hij te laat voor vergaderingen.
•
If you try that recipe, nine times out of ten it will turn out great.
Als je dat recept probeert, zal het negen van de tien keer geweldig uitpakken.