more
US /mɔːr/
UK /mɔːr/

1.
meer
a greater or additional amount or degree
:
•
I need more time to finish this project.
Ik heb meer tijd nodig om dit project af te maken.
•
Can I have some more water, please?
Mag ik alstublieft meer water?
:
1.
meer
to a greater extent; to a greater degree
:
•
She sings more beautifully than anyone else.
Ze zingt mooier dan wie dan ook.
•
He is more interested in science than art.
Hij is meer geïnteresseerd in wetenschap dan in kunst.
:
1.
meer
an additional or further number or amount
:
•
There are more coming to the party.
Er komen meer mensen naar het feest.
•
I want more of that delicious cake.
Ik wil meer van die heerlijke cake.
: