Betekenis van het woord French in het Nederlands

Wat betekent French in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

French

US /frentʃ/
UK /frentʃ/
"French" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

Frans

the Romance language of France, also spoken in parts of Belgium, Switzerland, Canada, and many other countries.

Voorbeeld:
She is learning to speak French.
Ze leert Frans spreken.
Many international organizations use French as an official language.
Veel internationale organisaties gebruiken Frans als officiële taal.
2.

Fransen

the people of France collectively.

Voorbeeld:
The French are known for their cuisine.
De Fransen staan bekend om hun keuken.
The French celebrated Bastille Day.
De Fransen vierden Bastille Dag.

Bijvoeglijk Naamwoord

1.

Frans

of or relating to France, its language, or its people.

Voorbeeld:
He enjoys French wine.
Hij geniet van Franse wijn.
She visited a beautiful French chateau.
Ze bezocht een prachtig Frans kasteel.
Leer dit woord op Lingoland