freely

US /ˈfriː.li/
UK /ˈfriː.li/
"freely" picture
1.

vrijelijk, ongedwongen

without restriction or control

:
•
You can move freely in this area.
Je kunt je vrijelijk bewegen in dit gebied.
•
The birds flew freely in the sky.
De vogels vlogen vrijelijk in de lucht.
:
unrestrictedlyunimpededlyunhinderedlyunreservedlyunconstrainedly
2.

gratis, kosteloos

without cost or payment

:
•
You can download the software freely from our website.
U kunt de software gratis downloaden van onze website.
•
Samples were given out freely at the event.
Monsters werden gratis uitgedeeld op het evenement.
:
gratisfor freewithout charge
3.

openlijk, eerlijk

in an open, honest, or direct manner

:
•
She expressed her opinions freely.
Ze uitte haar meningen openlijk.
•
You can speak freely here; no one will judge you.
Je kunt hier vrijuit spreken; niemand zal je veroordelen.
:
openlyfranklycandidlyhonestlydirectly