Betekenis van het woord franchising in het Nederlands

Wat betekent franchising in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

franchising

US /ˈfræn.tʃaɪ.zɪŋ/
UK /ˈfræn.tʃaɪ.zɪŋ/
"franchising" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

franchising, franchise

the practice of granting a license to a third party for the right to operate a business or distribute products/services under the franchisor's brand and system

Voorbeeld:
Many fast-food chains grow through franchising.
Veel fastfoodketens groeien door franchising.
The company is exploring new opportunities for franchising its brand.
Het bedrijf onderzoekt nieuwe mogelijkheden voor het franchisen van zijn merk.

Werkwoord

1.

franchisen, licentiëren

the act of granting a franchise to someone

Voorbeeld:
The company is actively franchising its successful business model.
Het bedrijf is actief bezig met het franchisen van zijn succesvolle bedrijfsmodel.
They are considering franchising their coffee shop concept.
Ze overwegen het franchisen van hun coffeeshopconcept.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: