fastidious
US /fæsˈtɪd.i.əs/
UK /fæsˈtɪd.i.əs/
1.
nauwgezet, pietje-precies, veeleisend
very attentive to and concerned about accuracy and detail
:
•
She is fastidious about her appearance.
Ze is nauwgezet over haar uiterlijk.
•
The architect was fastidious in his attention to every detail of the building's design.
De architect was nauwgezet in zijn aandacht voor elk detail van het gebouwontwerp.
2.
veeleisend, kieskeurig
difficult to please; having high and often unachievable standards
:
•
He is a fastidious eater and rarely tries new foods.
Hij is een veeleisende eter en probeert zelden nieuwe gerechten.
•
The professor was known for his fastidious standards when grading papers.
De professor stond bekend om zijn veeleisende normen bij het nakijken van papers.