endeavor
US /enˈdev.ɚ/
UK /enˈdev.ɚ/

1.
poging, onderneming, streven
an attempt to achieve a goal
:
•
His endeavor to climb Mount Everest was unsuccessful.
Zijn poging om de Mount Everest te beklimmen was niet succesvol.
•
The company's latest endeavor is to develop sustainable energy solutions.
De nieuwste onderneming van het bedrijf is het ontwikkelen van duurzame energieoplossingen.
1.
streven, proberen, zich inspannen
try hard to do or achieve something
:
•
We must endeavor to understand each other's perspectives.
We moeten ernaar streven elkaars perspectieven te begrijpen.
•
He will endeavor to complete the task by the deadline.
Hij zal proberen de taak voor de deadline te voltooien.