empirical
US /emˈpɪr.ɪ.kəl/
UK /emˈpɪr.ɪ.kəl/

1.
empirisch, proefondervindelijk
based on, concerned with, or verifiable by observation or experience rather than theory or pure logic
:
•
The study provided strong empirical evidence for the effectiveness of the new drug.
De studie leverde sterk empirisch bewijs voor de effectiviteit van het nieuwe medicijn.
•
His conclusions were based on empirical data collected over many years.
Zijn conclusies waren gebaseerd op empirische gegevens die gedurende vele jaren waren verzameld.